In het witte paard 2

Jubileumuitvoering 25-jarig bestaan

In “Het Witte Paard” (Im weissen Rössl), vrolijk blijspel in 3 bedrijven naar ’n gegeven van Blumenthal en Kadelburg, vertaald en bewerkt door Rosita Peters.

Met de bloem- en woordrijke openings- en welkomstwoorden van het erelid J.A. Hosang, oud-burgemeester van Woudenberg, die destijds ook aan de wieg stond van de Woudenbergse toneelvereniging “’t Scherm”, kon er in feite al niets meer mis gaan op de eerste avond van de jubileumuitvoering ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van deze pijler in het Woudenbergse uitgaansleven. Vele aanwezige inwoners van de gemeente zagen op vrijdagavond 2 november niet alleen uit naar wat er gebracht zou worden, maar ook naar de toespraak van de heer Hosang, aan wie men zoveel goede herinneringen bewaart.

Spreker kwam op met een versierde degen en begon zijn speech met de volgende woorden: “Het voorrecht genietend om met mijn echtgenote zo’n ruim tien jaar geleden letterlijk en figuurlijk tot ereleden van de Toneelvereniging “’t Scherm” te zijn geslagen verschaft mij vanavond op de eerste jubileumuitvoering van deze zilveren toneelvereniging het bijzonder genoegen u allen – dames en heren – in mede rijke vertegenwoordiging van gelukkig zoveel jongeren – zeer van harte – namens het bestuur van ’t Scherm, welkom te mogen heten. En u zult mij voorzeker toestaan om in het bijzonder een speciaal woord van welkom te mogen richten tot de vertegenwoordiging van het Woudenbergse gemeentebestuur in de persoon o.m. van burgemeester De Pree en wethouder Bijl, die allen nog meerdere luister aan hun aanwezigheid geven door de begeleiding van hun echtgenoten.” Hij verwelkomde voorts zijn collega-erelid de heer Ter Maaten, alsmede de vertegenwoordigingen van zusterorganisaties van hier en elders, alsook de uit Hattem overgekomen heer Renema, één van de oprichters van deze vereniging, eens in Woudenberg gemeente-architect. De heer Hosang stelde, dat bij deze viering van het zilveren bestaan, zijn gedachten teruggingen naar die 16de december 1959, toen deze toneelvereniging werd opgericht door een vijftal dorpsgenoten die hij in alfabetische volgorde wilde noemen: Mien Blokhuis en de heren Piet Geldof, Henk Moesbergen, wijlen de heer Van der Mijl en de heer Renema.

Tot de naam van deze vereniging werd toen, op instigatie van mevrouw Den Broeder uit Maarsbergen – na breed overleg tussen bestuur en leden – ’t Scherm gekozen. Spreker ging analyserend in op de betekenissen van het woord, zoals hij die haalde uit het handboek der Nederlandse Taal van Koenen, Endepols en Bezoen: drie betekenissen die gericht zijn op de toneelafscherming, als toneelgordijn c.q. toneeldoek.

“U kent allemaal wel het gezegde “achter de schermen zien of kijken”: als niet voor de dag komen, niet openlijk optreden” De heer Hosang stelde vast, dat deze toneelvereniging in de loop van de vijfentwintig jaar het bestaan wel degelijk en met intens elan voor de dag is gekomen en ter plaatse zo’n veertig à vijfenveertig keer voor een steeds uitverkocht huis optrad, terwijl daarnaast nog zo’n twintig keer elders is opgetreden. Dit alles was mogelijk door de inzet van het bestuur. Opnieuw vielen de namen van wijlen de heer Van der Mijl en de heren Ackers en Moesbergen. Waardering toonde hij verder voor het werk van de regisseurs Van Vugt en Riet Bor en de grimeursarbeid van de heren Van Vugt en Van Ek. Hij noemde het kwaliteit en noodzaak van het teamwerk, dat men bewezen heeft te aanvaarden om het spel steeds goed te kunnen brengen. Drie leden zijn er vanaf de oprichting bij betrokken geweest: Mien Blokhuis, de heer Moesbergen en de heer Geldof, die nu wegens ziekte jammer genoeg niet aanwezig kon zijn. Spreker wenste hem van harte een volledig herstel toe.

Hij feliciteerde de vereniging met het zilveren bestaan en hoopte dat het te brengen blijspel in drie bedrijven “In Weissen Rössl” naar een bewerking van Rosita Peters naar een gegeven van Blumenthal en Kadelbburg van de gelijknamige operette, die de Woudenbergse Opera- en Operettevereniging “De Lijster” enige jaren geleden met zo’n groot succes ook ter gelegenheid van een jubileum bracht, een even groot succes voor het Woudenbergse toneelpubliek zou blijken te worden.

“Het doek gaat op” kon op deze avond niet gelden, want het toneel was zeer doelmatig en deskundig uitgebreid en in geen enkel opzicht had men het aan het toeval overgelaten. Zeer verzorgde decors en stoffering van het toneel had men al bij binnenkomst van de zaal kunnen bewonderen. Bezoekers van de voorstellingen van “De Lijster” herkenden duidelijk enkele onderdelen, terwijl toch weer andere stukken het beeld heel anders maakten. Dat kon ook wel, omdat men natuurlijk minder personen tegelijkertijd op het toneel behoefde te brengen, dan enkele jaren geleden bij de uitvoering van de operette het geval was geweest.

In grote lijnen kon men de geschiedenis van de waardin en haar personeel van het befaamde hotel “In Weissen Rössl” alsmede de ingewikkelde plots in de relaties tussen de verscheidene gasten en het personeel, zo goed als met de waardin nog best wel voor de geest halen, maar dat deed niets af aan de grote waardering, welke de leden van ’t Scherm in alle opzichten verdienen. Natuurlijk zijn er hoofd- en bescheidener rollen te spelen, en is soms degene die het meest in beeld is en bovendien in zijn optreden en gedragingen al bij voorbaat de lachers op zijn hand heeft van succes verzekerd, maar dat kan gelukkig alleen ook maar gebeuren als zijn tegen- of medespelers en -speelsters op hun beurt reageren zoals zij deden, ook al waren het op zich maar bescheiden rollen. Het bevestigde alleen maar dat de heer Hosang gelijk had, toen hij betoogde hoe groot het belang is van het teamwerk, waardoor ’t Scherm al vijfentwintig jaar successen kon oogsten. De verwarringen waren niet van de lucht en leidden steeds weer tot grote hilariteit van het publiek, dat zich duidelijk dankbaar toonde voor het gebodene. In zijn dankwoord wist burgemeester J. de Pree zich tolk van alle aanwezigen. Hij onderlijnde hetgeen de heer Hosang gezegd had over de noodzakelijkheid van een kleine club, omdat immers zoveel mogelijk leden hun kennen en kunnen moesten laten zien, om hun lidmaatschap trouw te blijven. Het stuk had zijns inziens bewezen een typisch jubileumstuk te zijn en ook hij prees naast zijn grote waardering voor het spel van deze avond ook nog eens de voortreffelijkheid van het optreden van “De Lijster” enkele jaren geleden. Jammer vond de burgemeester het, dat de heer Geldof nu door ziekte figuurlijk ‘in de put’ zat en er letterlijk niet in kon. Nauwelijks was er echt souffleurswerk te doen geweest, alhoewel de regisseuse deze taak als extra op zich had genomen. Te horen was zij beslist niet geweest in de zaal en de heer De Pree kon dat het best beoordelen, want hij zat er ook het dichtste bij. Hij bood alle deelnemers en deelneemsters aan het spel bloemen aan, feliciteerde namens het gemeentebestuur en bood onder couvert vijfentwintig maal een tientje aan, om met deze fl 10,– per jaar de kas een steuntje in de rug te kunnen geven.

Rolverdeling

rolnaam	functie	gespeeld door
Josefa Vogelhuber	waardin	Alie Westerhoudt
Leo Brandmeyer	oberkelner	Henk Moesbergen
Wilhelm Giesecke	fabrikant	Dinus van der Linde
Ottilie	zijn dochter	Yvonne Bakker
Charlotte	zijn zuster	Mien Blokhuis
Walter Hinzelman	leraar	Krijn Bouman
Klaartje	zijn dochter	Annie Methorst
Mr Otto Siedler	advocaat	Jan van den Pol
Arthur Sülzheimer		Henk van de Biezen (gastspeler)
Bach	bedelaar	Theo de Haan
Resi	zijn dochter	Gusta Kos
Kracher	boswachter	Krijn Bouman
Käthe	brievenbestelster	Gusta Kos
Frans	kelner	Gert de Man
Mitzi	kamermeisje	Marjan de Bree
	piccolo	Gerda Koudijs

Achter ’t Scherm

taak	uitgevoerd door
Tekst	Blumenthal en Kadelburg
Vertaling en bewerking	Rosita Peters
Regie	Riet Bor
Souffleur	Piet Geldof
Grime	Tom van Ek

Opvoeringen

Vrijdag 2 en zaterdag 3 november 1984.